Eerst werd er binnen kennisgemaakt met de katten. Finse, onze magere bange poes, was al gauw één al staart. Hup naar buiten. Die dame houdt nu eenmaal niet van drukte. Onze dikke driepoot, Flam, liet Boy veel dichterbij komen, maar toen die hondenkop héél dichtbij kwam moest hij toch blazen. Toen dat niet hielp, haalde Flam flink uit naar Boy, maar Boy ontweek hem handig en liep daarna met een boogje om hem heen.
Toen naar buiten, naar de varkentjes. Bij het etengeven hadden de mannen nog geen oog voor Boy; het eten was veel belangrijker. Boy was wel geïnteresseerd in die rare beesten (én in hun voerbakjes). Zoals het honden en varkens betaamt, gingen ze eerst met hun neus te werk. Snuffelen aan elkaars achterste en daarna moest er druk gespeeld worden op het veldje.
Boy en Rolf hadden elkaar snel gevonden. Ze sprongen om elkaar heen en beten zogenaamd in elkaars oren. Boy gaf Rolf af een toe een porretje met zijn poot: Kom op - we gaan spelen!!
Boy maakte ook kennis met het schrikdraad. Een nieuwe ervaring! Een grote piep en met de oren in zijn nek snel naar zijn baasje toe. Wat was dát nou???
Boy vond Bertje een leuk object om achteraan te rennen, maar dat vond Bertje wel heel veel hond in één keer. Bertje liet al rennend zijn gebruikelijke eendengeluid horen: Gwakgwakgwak. Hij vluchtte snel de stal in; Boy er achteraan. Rolf ging zich ermee bemoeien en ging als grote broer tussen die twee in staan. Mooi om te zien hoor!!
Missie geslaagd. Die beestjes gaan het wel rooien met elkaar.